PERSBERICHT - 07/12/2015Persbericht betreffende het advies 18-2015 Afdrukbare versie | Laatst bijgewerkt op
10.06.2021
Het Wetenschappelijk Comité van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) berekende dat de lange-termijn blootstelling van de Belgische consument aan residuen van gewasbeschermingsmiddelen door het eten van rauwe groenten en fruit laag is
Tussen 2008 en 2013 controleerde het FAVV ongeveer 11.000 monsters van groenten en fruit, granen en andere producten van plantaardige oorsprong (bv. thee) op de aanwezigheid van 400 à 500 residuen van gewasbeschermingsmiddelen. Gemiddeld voldeed 95% van de geanalyseerde monsters aan de wettelijke limieten en werden in 30% van de monsters geen residuen aangetroffen.
Uit deze enorme databank werden de residuen van 34 gewasbeschermingsmiddelen geselecteerd op basis van volgende criteria: het aantal geanalyseerde monsters, het aantal monsters waarin het residu aangetroffen werd en de toxiciteit van het residu. De lange-termijn blootstelling van de consument aan deze residuen via het eten van rauwe groenten en fruit werd geschat voor de periode 2008 tot en met 2013.
De blootstelling aan deze residuen werd vergeleken met de “aanvaardbare dagelijkse inname”. Dit is een internationaal aanvaarde toxicologische referentiewaarde die de hoeveelheid van een bepaalde verbinding weergeeft die levenslang dagelijks kan ingenomen worden, zonder dat hierdoor gezondheidsproblemen ontstaan.
De geschatte gemiddelde blootstelling van de volwassen consument (ouder dan 15 jaar) is lager dan deze toxicologische referentiewaarde voor elk van de geëvalueerde residuen, en zelfs tot 100 maal lager voor het merendeel van de geëvalueerde residuen. Ook voor personen die veel groenten en fruit consumeren is de geschatte blootstelling voor het merendeel van de geselecteerde residuen 10 tot 20 keer lager dan deze waarde.
De gelijktijdige blootstelling aan meerdere residuen aanwezig op eenzelfde levensmiddel werd evenwel niet in rekening gebracht aangezien de wetenschappelijk kennis over het gecombineerd effect van verschillende stoffen op de gezondheid van de mens momenteel nog onvoldoende gekend is.
Deze studie wordt uitgebreid weergegeven in volgend advies van het Wetenschappelijk Comité:
http://www.favv.be/wetenschappelijkcomite/adviezen/2015/_documents/ADVIES18-2015_NL_DOSSIER2011-02.pdf
Contactpersoon voor de Nederlandstalige pers:
Prof. Bruno De Meulenaer, tel.: 09/264.61.66, e-mail: bruno.demeulenaer@UGent.be
Contactpersoon voor de Franstalige pers:
Prof. Marie-Louise Scippo, tel.: 04/366.40.46, GSM: 0495/81.76.86, e-mail: mlscippo@ulg.ac.be |