“Rijk aan Omga-3 vetzuren”, “Light”, Voorkomt
tandbederf”, “Cholesterolverlagend”,… Fabrikanten
proberen hun producten vaak bijzondere
eigenschappen toe te schrijven. Deze beweringen
over de voedingswaarde of de gezondheidsvoordelen
worden “voedings- of gezondheidsclaims”
genoemd.
Er zijn 2 soorten beweringen:
- Voedingsbeweringen die verwijzen naar de
energetische waarde van het voedingsmiddel
of naar de nutriënten of andere stoffen die het
bevat of niet bevat:
- vetvrij
- suikerarm
- bron van vezels
- light
- rijk aan omega 3 vetzuren
-
…
- Gezondheidsbeweringen die stellen of de indruk
wekken dat het voedingsmiddel een positief
effect heeft op de gezondheid:
- roggevezels dragen bij tot een normale
darmfunctie
- vitamine A is nodig voor de instandhouding
van een normaal gezichtsvermogen
- calcium is nodig voor de groei en botontwikkeling.
Maar is dit wel zo en mag dit wel?
Wat zegt de Europese wetgeving?
Sedert 2006 bestaat er een Europese verordening over
claims of beweringen. De bedoeling van die verordening
is om tot een geharmoniseerde aanpak te komen,
dit wil zeggen een zelfde aanpak in alle Europese
lidstaten.
In de verordening staat een lijst van toegelaten voedingsclaims
en beweringen en onder welke voorwaarden
deze mogen gebruikt worden.
Zo is de bewering “ Bron van vezels” enkel toegelaten
als het vezelgehalte van het product minimaal 3 g/100
g is of 1.5 g/kcal.
Ook gezondheidsclaims mogen maar onder bepaalde
voorwaarden gebruikt worden. Dit is wel een beetje
ingewikkelder, want vooraleer men een effect op de
gezondheid kan claimen moet dit ook bewezen zijn.
Wat is de rol van de Europese Autoriteit
voor Voedselveiligheid (EFSA)?
Voordat deze claims en beweringen in de Europese
lidstaten kunnen gebruikt worden, worden ze eerst
geëvalueerd door de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid
(EFSA) en moeten ze nadien goedgekeurd
worden door de Europese Commissie.
De EFSA kijkt kritisch naar de onderbouwing van
claims en beweringen. Een groot aantal ervan is
daarom verworpen, soms vanwege een onduidelijke
samenstelling van het product, soms omdat
de claims niet goed meetbaar zijn of omdat het geclaimde
effect niet voldoende bewezen kan worden.
De consument moet voldoende en correct geïnformeerd
worden zodat hij bewuste keuzes kan
maken. Een absolute voorwaarde is dat de claim
juist moet zijn. Zo kan bijvoorbeeld een vitamine
wel degelijk een positief effect hebben op bepaalde
aspecten van de gezondheid, maar het gewenste effect
kan bij de op het etiket aangegeven dosis nooit
bereikt worden.
Verder moet de bewering en claim ook verstaanbaar zijn en mag ze nooit misleidend zijn. Er mag
niet aangezet worden tot overmatige consumptie
van het levensmiddel en er mag ook niet gesuggereerd
worden dat de nutriënten in kwestie niet in
voldoende hoeveelheden kunnen bekomen worden
bij een gevarieerde en evenwichtige voeding.
Sommige beweringen of claims zijn simpelweg
verboden, zoals gezondheidsclaims op alcoholische
dranken of claims die inspelen op vlug gewichtsverlies.
Op de site van de Europese Commissie vindt u een overzicht van
de claims die toegestaan werden, van claims die verworpen
werden en van claims die momenteel nog
“on hold” zijn in afwachting van een beslissing.
De Belgische wetgeving
Naast de Europese regelgeving, bestaat er in België
een koninklijk besluit over reclame voor levensmiddelen,
dat in 2012 een grondige actualisatie onderging: het koninklijk besluit van 17 april 1980 werd
gewijzigd door het koninklijk besluit van 29 maart
2012.
Het basisprincipe van dit besluit is dat de consument
op geen enkele wijze mag misleid worden
door bijvoorbeeld vermeldingen, aanduidingen,
benamingen, afbeeldingen enz. over de aard, de
samenstelling, de productie- of bereidingswijze, de
kenmerken, de oorsprong van de producten.
In dit koninklijk besluit staan ook verschillende verboden
vermeldingen opgelijst.
Zo zijn verwijzingen die gevoelens van vrees of
angst opwekken verboden. Ook de bewering dat
bepaalde eigenschappen van het product ziektes
kunnen voorkomen, behandelen of genezen mag
niet. En uiteraard mag niet gesuggereerd worden
dat een levensmiddel bijzondere kenmerken heeft
terwijl alle soortgelijke levensmiddelen over dezelfde
kenmerken beschikken…
Wat doet het FAVV?
Het FAVV voert controles uit op claims en beweringen,
zowel bij hen die rechtstreeks voedingsmiddelen
leveren aan de consument als in de sector van de
transformatie. Zowel de voedings- als gezondheidsclaims
worden nagegaan en dit zowel voor levensmiddelen
als voor voedingssupplementen.
Ook wordt er opgetreden naar aanleiding van klachten
van operatoren of consumenten.
Bron : Nieuwsbrief Nr.58, pagina's 4 en 5.
|