In België is de controle van de voedselketen strikt en efficiënt. De Belgische consument geniet van een hoog veiligheidsniveau van de levensmiddelen die hij consumeert.
Vlees wordt bijvoorbeeld grondig gecontroleerd in alle stadia van de productie: de veeteelt, het slachten, de verwerking en de distributie ervan. Het is dus veilig voor de consument. België is al jaren officieel vrij van rundertuberculose. Dit statuut wordt slechts toegekend als de Europese criteria strikt worden nageleefd. Dit betekent dat de bacterie die rundertuberculose veroorzaakt op minder dan 0,1 % van de veebeslagen aanwezig is. Dit “kwaliteitslabel” is het resultaat van een intens uitroeiingsbeleid dat in de vorige eeuw door de Belgische overheid gevoerd werd, samen met de veehouders en de dierenartsen.
Bovenop de bewaking in de veehouderijen (veehouders, dierenartsen, FAVV, …) wordt elk dier dat het slachthuis binnenkomt nog eens gekeurd door een dierenarts voor en na het geslacht wordt. Zo is men er zeker van dat het vlees dat in de voedselketen terecht komt geen risico’s inhoudt. Alle rundsvlees in de voedselketen is dus veilig. Gevallen verdacht van tuberculose worden onmiddellijk apart gehouden. In 2017 werd slechts 0,00006 % van de karkassen ongeschikt voor menselijke consumptie verklaard wegens tuberculoseachtige letsels en werden de nodige maatregelen genomen.
Tuberculose bij de mens wordt quasi uitsluitend veroorzaakt door Mycobacterium tuberculosis (humane tuberculose) De enige gevallen van besmetting van mensen met rundertuberculose zijn ofwel verbonden met een nauw en herhaaldelijk contact van een veehouder of dierenarts met een ziek dier, ofwel met het drinken van rauwe melk afkomstig van een ziek dier. Vanaf een dier verdacht is, wordt het bedrijf geblokkeerd door het FAVV en mag niets het bedrijf verlaten. |